Blogs
Spelen = groeien
We herkennen spel allemaal als we het zien. Het ziet er leuk uit. En ieder kind zou de kans moeten krijgen óm te spelen. Zeker in deze coronatijd zijn we ons daar meer bewust van dan ooit.
Spelen is niet alleen leuk, het is ook heel erg nuttig. Spelen is namelijk belangrijk voor een gezonde ontwikkeling van kinderen. Bij Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht wordt daarom onderzoek gedaan naar spelen. In dit artikel leggen we je uit wat spelen is en wat kinderen leren van spelen.
Wat is spelen?
Wat bedoelen we eigenlijk precies met spelen? Nederlands historicus Johan Huizinga beschreef spel in zijn boek Homo Ludens als: vrijwillig, spontaan, plezier, volgens eigen gekozen regels, en anders dan het dagelijks leven. Spel is onder te verdelen in verschillende vormen: fysiek spel zoals rennen en stoeien, experimenteer spel waarbij ontdekken centraal staat, constructiespel waarbij iets gebouwd wordt, rollenspel met fantasie en samenspel met regels.
Afwisseling van de verschillende vormen van spel is belangrijk; met elke vorm ontwikkelen kinderen andere vaardigheden. De vrije interactie met leeftijdsgenootjes, weg van hun ouders, in het bos of op het speelplein, dáár leren ze misschien nog wel het meeste van!
Wat leren kinderen door te spelen?
Spelen is dus meer dan alleen leuk tijdverdrijf. Maar wat leren kinderen van spelen? Ze leren veel over de wereld om hen heen. Ze leren bijvoorbeeld sociale omgangsnormen. In het contact met andere kinderen merken ze dat mensen andere gewoontes hebben dan ze thuis gewend zijn. Al spelend leren kinderen ook communiceren, ervaringen delen, emoties en gevoelens herkennen, en met verschillen omgaan. Bovendien leren kinderen al spelend teleurstellingen incasseren en samenwerken.
Eigen grenzen kennen, zowel fysiek als mentaal is ook iets dat kinderen spelend leren. Wat kan ik wel en wat kan ik niet? Het prikkelt niet alleen de fantasie en creativiteit, maar maakt ze ook vindingrijk en leert ze hoe ze problemen kunnen oplossen. Als iets niet lukt, leren ze wat ervoor nodig is om weer verder te kunnen spelen. Vooral door vrij spel, waarbij kinderen zelf kiezen wat ze doen, ontwikkelen kinderen een zekere mate van autonomie en zelfvertrouwen.
Tenslotte verwerken kinderen met spelen wat ze meemaken. Kinderen die bijvoorbeeld naar het ziekenhuis moeten, spelen vaak doktertje. Dat helpt ze om hun ervaring te verwerken en tegelijkertijd ook controle te krijgen over wat er allemaal met ze gebeurt.
Hoe spelen kinderen het liefst?
Onderzoekers vroegen kinderen van 8 tot 12 jaar wat spelen volgens hen is. Ze mochten uit 20 activiteiten, variërend van buiten spelen en sporten tot puzzelen, lezen, knutselen, koken en tv kijken, een top 3 kiezen van de activiteiten die ze het meest als spel zien. Buiten spelen, op straat of in de natuur, bleek de absolute winnaar voor zowel jongens als meisjes. Misschien komt dat wel door de vrijheid die kinderen dan ervaren, waarbij ze zelf kunnen kiezen hoe ze spelen. Jongens noemden ook sport als echt spel. Meisjes hadden vaak gezelschapsspellen in hun top 3 staan.
Ook werd de kinderen gevraag wat spel voor hen betekent. De antwoorden kunnen samengevat worden met woorden als: leuk, samen, gezellig, doen, lol en plezier. Sommige kinderen gaven aan dat je ‘dan nergens aan hoeft te denken’, dat ‘je vrij kan kiezen wat je doet’, dat je ‘je energie kwijt kan raken’, en een enkeling wist te vertellen ‘dat het belangrijk is’.
Handig om te weten!
Je hoort en leest het overal: laat kinderen minimaal twee uur buiten spelen. Maar wat als dat even niet lukt? Bijvoorbeeld omdat het de hele dag regent of omdat je met je gezin in quarantaine zit? Buiten spelen kan je soms vervangen door binnenspelen. Geef ze tijd en ruimte. Maak bijvoorbeeld van de zolder of tuin een speelterrein waar ze ongestoord hun eigen gang kunnen gaan. Laat kinderen zelf bepalen wat en hoe ze spelen. Dat kan ook best binnen. En zodra het kan laat je ze weer lekker buiten spelen!
Met dank aan: dr. Heidi Lesscher, Universiteit Utrecht
Onderzoek naar spel bij Universiteit Utrecht
Helaas is spelen niet voor alle kinderen vanzelfsprekend, zoals kinderen met een chronische ziekte. Binnen de hub Spelen = gezond opgroeien bundelen multidisciplinaire wetenschappers met maatschappelijke partners hun expertise. Vanuit de faculteiten Bètawetenschappen, Diergeneeskunde en Geneeskunde zijn onderzoekers aangesloten. Meer informatie hierover lees je op de website