Het laatste nieuws
Deelnemersvraag: Maakt het uit welk boek ik aan mijn kind voorlees?
Taal speelt een enorme rol in ons dagelijks leven; ook in het leven van jonge kinderen. Zij kunnen eerder in volzinnen praten dan dat ze hun veters leren strikken. Het lijkt misschien niet altijd zo, maar taal is een ingewikkelde vaardigheid. Een tijd geleden deden wij een oproep: vertel ons wat jij wil weten over taalontwikkeling bij kinderen. En daar kregen wij reactie op! Eén van de deelnemers van het YOUth-onderzoek stelde de volgende vraag:
”Als ik een baby van 3 maanden voorlees, maakt het dan uit of het een verhaal is die normaal voor oudere kinderen bedoeld is, of kan ik beter verhalen voorlezen die bestaan uit hele simpele taal en korte zinnen? Maakt dat enig verschil in de taalontwikkeling?”
Die vraag hebben wij voorgelegd aan taalwetenschapper Caroline Junge van de Universiteit Utrecht.
Waarom voorlezen?
”Voorlezen heeft meerdere doelen: knus iets samendoen, je kind leren over taal (dat gaat makkelijker met behulp van plaatjes) en je kind leren hoe je gesprekjes voert. Dus: ik vraag iets, en jij reageert; jij vraagt weer iets en ik reageer. Soms lukt het om alle drie die doelen mee te pakken, maar dat hoeft zeker niet altijd het geval te zijn. Bij oudere kinderen zal vooral het knusse samenzijn en gespreksvaardigheid naar voren komen. Bij hele jonge kinderen zien we ook dat knusse aspect terug en heel belangrijk: het leren over taal. Zij luisteren naar stemmen en leren op die manier over de intonatie en klanken van hun moedertaal.”
Hoe pak ik dat aan?
”Er zijn geen strakke leeftijdsgrenzen die bepalen welk boek voor welk kind belangrijk is. Verschijnt er een lach op het gezicht van je kind zodra je Rupsje Nooitgenoeg openklapt? Laat je dan leiden door de interesse van je kind. Thuis heb ik bijvoorbeeld een boek wat gaat over allerlei verschillende emoties bij vissen. Ik versimpel alle emoties voor mijn dochter van 2,5 jaar tot blij, boos of verdrietig, en maak ik me nog niet zo druk over moeilijke emoties als jaloezie, nervositeit, woede of nieuwsgierigheid. Dat komt later wel. Als ouder geef je vaak intuïtief wel de juiste taal erbij.”
Gebruik je fantasie
”Het belangrijkste wat ik je wil meegeven: praten tegen je kind helpt. Bijna alle ouders doen dit in korte zinnetjes. Dat gaat heel natuurlijk. Stel veel open vragen en lees niet letterlijk voor wat er in het prentenboek staat. Maar gebruik juist je eigen woorden. Dat zal elke keer net iets anders zijn, en je kunt ook uitweiden naar situaties buiten het prentenboek. Op die manier bereik je meer variatie in je taalaanbod.”
Wat vinden jonge kinderen leuk?
”Kinderen houden vaak van een verhaal, meer dan alleen losse plaatjes. Denk ook aan flapjesboeken of hele zachte boekjes. Kinderen van 3 maanden zien nog niet zo scherp, daarom zijn die zachte boekjes met visuele zwart-wit contrasten goed. Kleine waarschuwing: ze zijn wel iets lastiger voor te lezen. Kinderen leren ook over taal door mee te luisteren als een oudere broer of zus wordt voorgelezen. En de bibliotheek is natuurlijk de ideale plek om een leuk boek te vinden. Soms razen ze door de boekjes heen – elke minuut een ander. Ook dat hoort erbij.’
***
Heb jij ook een vraag over taalontwikkeling? Stuur dan een mail naar communicatie@youthonderzoek.nl of stuur ons een berichtje via Facebook of Instagram. En wie weet zie jij jouw vraag binnenkort terug!